De financiële positie van ons fonds is niet goed genoeg. Daarom is een herstelplan ingediend. DNB heeft dit herstelplan goedgekeurd.
Sinds 1 januari 2015 gelden nieuwe financiële spelregels voor pensioenfondsen. Daarin zijn ook vereisten opgenomen waaraan onze financiële positie moet voldoen. Volgens die regels is onze financiële positie niet goed genoeg. Er zijn te lage buffers voor de lange termijn. Ons pensioenfonds heeft daarom een herstelplan ingediend bij toezichthouder De Nederlandsche Bank (DNB). Dit herstelplan is nu goedgekeurd.
Wat betekent het nieuwe herstelplan voor u?
De nieuwe pensioenregels zorgen er in algemene zin voor dat uw pensioen stabieler wordt. De kans dat uw (opgebouwde) pensioen plotseling en fors wordt verlaagd, is kleiner dan onder de oude pensioenregels. Tegelijk wordt het lastiger om de pensioenen te verhogen, want de regels daarvoor zijn strenger geworden.
In het herstelplan kunnen – indien nodig - maatregelen worden opgenomen, waarbij rekening wordt gehouden met evenwichtige belangenafweging voor alle betrokkenen bij ons pensioenfonds. Het verlagen van de (opgebouwde) pensioenen voor (oud-) werknemers of gepensioneerden is opgenomen als uiterste redmiddel. Als blijkt dat het pensioenfonds niet tijdig herstelt en daardoor een verlaging van de pensioenen dreigt, proberen we eerst met andere maatregelen de situatie te verbeteren, bijvoorbeeld door het niet verhogen van de pensioenen.
Wat is een herstelplan?
In het herstelplan legt een pensioenfonds vast in welke mate het fonds naar verwachting herstelt en welke eventuele maatregelen het fonds neemt om zijn financiële positie te verbeteren. De financiële positie van een pensioenfonds wordt uitgedrukt in een percentage. Dat is de dekkingsgraad (officieel: beleidsdekkingsgraad). Op basis van ons nieuwe herstelplan moet deze dekkingsgraad 121% zijn eind 2026. Dit is in lijn met de nieuwe regels voor pensioenfondsen.
Zolang de financiële situatie onvoldoende blijft, moet ons fonds ieder jaar een nieuw herstelplan indienen.
Welke maatregelen beschrijft Pensioenfonds Rijn- en Binnenvaart in het herstelplan?
Om de dekkingsgraad weer op het vereiste niveau te krijgen, kan Pensioenfonds Rijn- en Binnenvaart een aantal maatregelen nemen. De nadruk ligt daarbij op kán. Het feit dat de maatregelen vastliggen, betekent niet dat ze ook daadwerkelijk worden toegepast. Het bestuur besluit dat op basis van de financiële positie van het fonds en in overleg met de sociale partners.
Maatregel 1: Geen toeslagverlening
Over het jaar 2017 heeft Pensioenfonds Rijn- en Binnenvaart de pensioenen en pensioenaanspraken niet kunnen verhogen. Naar verwachting gaat dat de komende jaren ook niet gebeuren. Daarmee worden pensioenen en pensioenaanspraken feitelijk minder waard, omdat de prijzen wel blijven stijgen. Zodra de (beleids)dekkingsgraad boven de wettelijke grens van 110% komt is een gedeeltelijke toeslagverlening weer mogelijk.
Maatregel 2: Aanpassen premiebeleid
In 2017 is de premie vastgesteld op 22,5% van de som van alle salarissen. De premie voor de VPL-regeling is hieraan deels toegevoegd. De sociale partners kunnen besluiten om de premie te verhogen, als blijkt dat de financiële positie van het fonds niet verbetert.
Maatregel 3: Aanpassen beleggingsbeleid
Pensioenfonds Rijn- en Binnenvaart hanteert een voorzichtig beleggingsbeleid. Op termijn kan worden besloten risicovoller te beleggen. De kans op een hoger rendement groeit dan, maar de kans op een lager rendement wordt ook groter. Overigens is de kracht van deze maatregel beperkt, want een pensioenfonds mag niet risicovoller gaan beleggen zolang er sprake is van een tekortsituatie.
Maatregel 4: Verlagen pensioenen en pensioenaanspraken
De uiterste maatregel is het verlagen van de pensioenen en pensioenaanspraken. Het mag duidelijk zijn dat het fonds deze maatregel alleen in uiterste nood in zal zetten. In 2017 worden de pensioenaanspraken en pensioenrechten niet verlaagd.
Uitkomsten van het herstelplan
In het herstelplan laat het fonds zien dat de financiële positie naar verwachting tijdig herstelt. Aanvullende maatregelen, zoals het verlagen van pensioenen, zullen op grond van dit herstelplan niet nodig zijn. Zolang de financiële positie onvoldoende is, zal jaarlijks een geactualiseerd herstelplan moeten worden ingediend.
Hoe nu verder?
We zullen u uiteraard persoonlijk informeren als de situatie daarom vraagt. Wilt u meer weten? Bekijk het herstelplan.