Nieuwsoverzicht

Van verplicht naar vrijwillig: hoe gaat u door?

Op 1 januari 2025 eindigt de ‘verplichtstelling’ van pensioenfonds Rijn- en Binnenvaart. En daarmee de verdere pensioenopbouw bij ons fonds. Al het pensioen dat u als deelnemer tot die tijd heeft opgebouwd, blijft gewoon staan. Dit krijgt u maandelijks uitgekeerd vanaf het moment dat u pensioneert.

Het afgelopen jaar hebben het pensioenfonds en sociale partners (dat zijn de branchevereniging Koninklijke Binnenvaart Nederland en de vakorganisatie Nautilus International) samen onderzocht of er nog vóór 2025 een nieuwe pensioenregeling kan worden ingevoerd, onder de nieuwe pensioenregels die landelijk in de maak zijn. Conclusie: dat lukt helaas niet. Sociale partners gaan zich nu sterk maken voor een nieuwe, vrijwillige pensioenregeling per 1 januari 2025 zodat uw pensioenopbouw gewoon kan doorlopen. En het pensioenfondsbestuur blijft zich concentreren op al het pensioen dat u met elkaar al heeft opgebouwd. Wat betekent dit voor u als deelnemer? En voor u als werkgever? Lees het in dit artikel.

Aan tafel zitten Ronald van Oostrom, bestuursvoorzitter van het pensioenfonds, Jacques Naaborgh, bestuurslid van branchevereniging Koninklijke Binnenvaart Nederland en Bert Klein, bestuurder bij Nautilus International. Laten we maar met de deur in huis vallen en de heren het hemd van het lijf vragen.

Op 1 januari 2025 valt kennelijk het doek. Waarom is dat? En is het pensioen dan weg?

Alle drie roepen tegelijk: “Nee!!” – Ronald: “Het pensioen is zeker niet weg! En eigenlijk valt er ook geen doek. Onze verplichtstelling vervalt op 1 januari 2025. Dat betekent dat het voor werkgevers in de binnenvaart sector niet meer verplicht is om bij ons pensioenfonds hun pensioenregeling onder te brengen. De minister heeft daar vorig jaar toe besloten. Maar: al het pensioen dat al is opgebouwd, blijft gewoon in het fonds en dat blijven we beheren, we blijven beleggen en we blijven uitkeren. En we hebben en houden de ambitie om te indexeren”

Maar groeit het pensioen daarna dan nog wel aan?

Bert: “Precies met die vraag zijn we de afgelopen tijd hard met elkaar aan de slag gegaan. Want we vinden pensioen belangrijk en de opbouw moet wat ons betreft gewoon doorlopen. Daar zijn ook afspraken over tussen de vakbeweging en de branchevereniging”. Jacques: “Inderdaad. Wij zien een goede pensioenregeling als een wezenlijk onderdeel van het totale arbeidsvoorwaardenpakket: het is niet alleen een spaarpot voor later, maar zorgt er ook voor dat nabestaanden niet met lege handen achterblijven als een werknemer tijdens zijn dienstverband overlijdt”. Bert: “Klopt. Onderzoeken onder werknemers geven zelfs aan, dat pensioen voor hen in de top-5 van arbeidsvoorwaarden staat.” Jacques: “En voor de werkgever is de pensioenregeling een belangrijk instrument om medewerkers aan zich te binden.” Ronald: “Helemaal eens. Maar we hebben als pensioenfondsbestuur wel besloten dat er na 1 januari 2025 geen nieuwe pensioenopbouw meer plaats vindt in ons pensioenfonds.”

Niet bij het pensioenfonds dus. Waar dan wel?

Jacques: “Als sociale partners zijn wij gestart met eerst duidelijk te bepalen wat we zouden willen. Alle pensioenregelingen in Nederland gaan veranderen, dus ook die van de binnenvaart. De belangrijkste verandering wordt dat iedere deelnemer straks zijn eigen persoonlijke pensioenspaarpot krijgt. Een individuele premieregeling heet dat. Met die persoonlijke ‘spaarpot’ kun je precies zien waar jouw pensioenpremie naartoe gaat. Je kunt zo zelf je spaarpot voor later in de gaten houden. Wij vinden bovendien bescherming bij overlijden en bij invaliditeit belangrijke uitgangspunten. Dus zijn we een verkenning in de markt gestart om inzicht te krijgen in wat partijen ons hierin kunnen bieden.”

Bert: “Klopt. We willen het zo gaan doen, dat we uiteindelijk bij een partij uitkomen die het meeste waar voor ons geld kan bieden, lees: het beste pensioen kan realiseren voor de ingelegde euro’s. Die partij zullen we dan als sociale partners aanbevelen. Omdat de regeling vrijwillig is, kan iedere werkgever kiezen of ze onze aanbeveling zullen volgen.”

En waarom doet het pensioenfonds dat dan niet gewoon?

Ronald: “Dat hebben we uiteraard eerst goed bekeken. We kwamen tot twee conclusies. Ten eerste: als we straks een vrijwillige regeling uitvoeren, verwachten we dat er toch minder deelnemers zullen zijn dan de 5.000 deelnemers van nu. Dan gaan de kosten per deelnemer omhoog. En dat vinden we niet in het belang van de deelnemers die mee blijven doen, want méér kosten betekent mínder pensioenopbouw. Dan vinden we het niet verantwoord om het als fonds zelf te gaan doen.”

Jacques: “Je vergeet de tweede conclusie, Ronald.”

Ronald: “O ja! De tweede conclusie is dat we als fonds en sociale partners samen hebben onderzocht of we niet al in 2024 over zouden kunnen gaan naar een nieuwe pensioenregeling. Dan zouden alle 1.000 werkgevers en alle 5.000 deelnemers al aan die nieuwe regeling kunnen wennen, voordat die in 2025 door een andere partij wordt voortgezet.” Jacques vult aan: “Daar hebben we flink op gestudeerd, maar hoe mooi ook, dit bleek uiteindelijk geen haalbare kaart”.

Bert: “Wat erg jammer is, maar we moeten ook geen te grote risico’s willen opzoeken”.

Dan komen we dus terug bij de vraag: wat dán?

Ronald: “Vanaf nu tot en met december 2024 loopt alles gewoon door. Ook de pensioenopbouw, in de huidige regeling. Maar fonds en sociale partners gaan daarnaast ieder hun eigen spoor volgen. Het fonds blijft de pensioenen goed beheren zoals we dat altijd al deden. Onze dekkingsgraad is hoger dan ooit, dus we staan er goed voor. Maar we blijven de komende jaren wel telkens kijken wat de beste manier is om onze ambitie – een waardevast pensioen realiseren – zo goed mogelijk waar te maken.”

Bert: “En wij gaan ons als sociale partners sterk maken om te zorgen dat er op 1 januari 2025 een nieuwe, vrijwillige pensioenregeling staat, aangeboden door een betrouwbare partij, zodat de pensioenopbouw gewoon kan doorlopen.”

Jacques: “Waarbij we zoveel mogelijk van onze werkgevers niet alleen zullen enthousiasmeren om mee te doen, maar ook gaan doordringen van het belang van een goede pensioenregeling.”

En wat betekent dat dan voor de pensioendeelnemers?

Ronald: “Om te beginnen: dat hun pensioen veilig en in goede handen is. Er valt geen pensioeneuro tussen wal en schip, we blijven alles netjes beheren en uitkeren.”

Bert: “En dat iedereen de berichten in de gaten moeten houden over de pensioenopbouw vanaf 1 januari 2025. En dat ze hierover met hun werkgever in gesprek gaan. 2025 klinkt nog ver weg, maar voor je het weet is het zover”.

En wat betekent het voor werkgevers?

Jacques: “Dat zij op tijd in actie moeten komen. Nu is pensioenopbouw bij het fonds een automatisme, een verplichting. Straks stopt die verplichting en moeten werkgevers actief kiezen. Wij proberen het gemakkelijk voor ze te maken, door als branchevereniging samen met de vakbond een goede ‘centrale’ keuze te maken, waar iedere werkgever aan mee kan doen. Wat die keuze wordt, en hoe je mee kunt doen, daarover komen we nog in de lucht de komende tijd.”

Bert: “Inderdaad, actie is wel nodig. Want ook al stopt de verplichting om mee te doen bij het fonds, je blijft als werkgever en werknemer natuurlijk wel gebonden aan de afspraken die je samen hebt gemaakt in je arbeidsovereenkomst. Dus ook die over pensioen. En als dat niet meer bij het huidige pensioenfonds kan, dan moet je het ergens anders doen. Wel zo prettig als wij dan al voor je uitgezocht hebben waar dat goed kan”.

Ronald: “En dan is er nog een kleine groep werkgevers die nu al niet verplicht bij ons fonds zijn, maar vrijwillig, op basis van een contract. Die contracten lopen ook op 1 januari 2025 af, of we zullen ze beëindigen. Dus ook die werkgevers moeten straks in actie komen.”

Willen jullie verder nog wat kwijt?

Jacques: “Vond je het niet genoeg dan? [lacht]” Bert valt bij: “dit is al heel wat. We zullen de komende tijd nog regelmatig terugkomen met berichtgeving. Als we weer een stap verder zijn, maar ook om nieuwe vragen te beantwoorden. Want die zullen ongetwijfeld gaan komen.”

Waar kunt u met vragen terecht?

Ten eerste kunt u op de websites van het pensioenfonds (www.rijnenbinnenvaartpensioen.nl) van KBN (www.koninklijkebinnenvaartnederland.nl) en van Nautilus (www.nautilusint.org) de nodige informatie over pensioen vinden en berichtgeving blijven volgen. Met vragen over het bestaande pensioen kunt u terecht bij de pensioendesk van het pensioenfonds, telefoonnummer:

  • +31 88 - 116 30 59 (voor deelnemers, oud-deelnemers en gepensioneerden);
  • +31 88 - 116 30 58 (voor werkgevers)

U kunt uw vraag ook via het contactformulier op de website stellen.